Screenings voor cliënten
De Inspectie Gezondheidzorg en Jeugd werd, volgens protocol, betrokken na incidenten. Er werd een verbeterplan opgesteld en alle cliënten met een verstandelijke beperking werden gescreend op mogelijke slikproblematiek. Die screening vond midden in de zomer plaats, toen er volop vakanties waren. Toch werd er keihard gewerkt en waren de screenings tegen het najaar zo goed als afgerond. Marit: "De helft van de cliënten met een verstandelijke beperking die verhoogd scoorden op de screening, was nog niet in beeld bij ons. We vroegen ons af: als dit het percentage cliënten met een matig tot ernstig meervoudige beperking is, hoe zit het dan bij de doelgroep lichamelijke beperking/niet-aangeboren hersenletsel en licht verstandelijke beperking/autisme spectrum stoornis. Die hebben we pas later gescreend.”
Nu de cliënten gescreend waren op risico’s, was het belangrijk om ook behandeling snel op te starten. Maar toen kwam corona. "Dat was een probleem,” vertelt Kirsten, "want we mochten de locaties niet meer bezoeken.” De ambitieuze vakgroep ontwikkelde daarom een protocol waarmee collega's cliënten konden filmen. Zo wisten ze bijvoorbeeld hoe ze de camera moesten houden. En hoelang je moet filmen en wat je moet filmen. “Wij konden de beelden analyseren en alsnog een advies schrijven voor de cliënten” voegt Kirsten toe.
Eenduidige adviezen
In de tussentijd werd ook de scholing ontwikkeld. Marit: "Samen met SizaCollege, de afdeling binnen Siza voor scholing en ontwikkeling, hebben we deze ontwikkeld. We zijn heel praktisch te werk gegaan: wat willen we overdragen en hoe gaan we dat doen?” Er werd een verplichte e-learning ontwikkeld, een praktijkopdracht, er is een basisscholing en er is een jaarlijkse terugkombijeenkomst voor de deelnemers. Een belangrijk onderdeel van de scholing was het doorvoeren van de International Dysphagia Diet Standardization Initiative (IDDSI).
De codering werd geopperd toen de vakgroep zichzelf onder de loep nam: “We zagen dat het soms misging in rapportages of we schreven adviezen van bijna 1 A4. Is dat wel werkbaar? En hoe zorg ik ervoor dat mijn advies net zo begrijpelijk is als dat van een ander?”, somt Marit op. De oplossing bleek dus de implementatie van de IDDSI: een internationaal kader dat gebruikt wordt om de consistentie van dranken en voeding aan te duiden. IDDSI bestaat uit verschillende niveaus (5 niveaus voor dranken en 5 voor voeding). Ieder niveau heeft een eigen kleur, een omschrijving van het niveau en er zijn foto’s van hoe het niveau er uit zou moeten zien.
Omdat het een internationale afspraak is, weet iedereen die gebruikmaakt van de IDDSI precies wat er wordt verstaan onder de verschillende niveaus. Marit: “Door IDDSI leert iedereen hetzelfde. Het is daardoor minder kwetsbaar en het is eenduidig. Waar je voorheen bijvoorbeeld zei: “fruit moet geprakt zijn, zeg je nu welk niveau het moet zijn.” Er bestaat daardoor geen verschil meer in interpretatie.
Meer gesprekken en maatwerk
Nu, een paar jaar later, zijn de meeste cliënten in beeld, hebben veel collega’s de scholing Slikstoornissen gevolgd én wordt er gewerkt met de IDDSI. Wat heeft het opgeleverd?
Kirsten: "Collega's die de training hebben gehad, nemen veel vaker contact met ons op. Ze zijn zich veel bewuster van wat wij voor cliënten kunnen doen.” Marit knikt instemmend: "We zien dat iedereen veel meer nadenkt over: hoe betrekken we de logopedist? Hoe doen we het met elkaar? Er is een soort gedragsverandering.”
En daar zijn de logopedisten blij mee: "We voelden nog wel eens weerstand, mensen waren bang dat de cliënt niks lekkers meer mocht eten", zegt Kirsten, “Maar wij kijken juist naar de veiligheid én de kwaliteit van leven. Voor veel cliënten, zeker met een verstandelijke beperking, is het eetmoment het belangrijkste moment van de dag. Daarom adviseren we altijd: onderzoek wat de cliënt lekker vindt. Houden ze van warm of koud? Zoet of hartig? Waar maak je iemand blij mee? Maar ook: hoe is het te behappen voor de medewerkers?”
De adviezen die de logopedisten gaven na de screenings, maken voor sommigen cliënten een wezenlijk verschil. Uit voorzichtigheid golden soms eetafspraken voor alle bewoners van een locatie. Dankzij de voedingsadviezen is er nu meer maatwerk. Kirsten: “Het is belangrijk om steeds te blijven kijken naar de individuele cliënt. Dat betekent ook echt iets voor de kwaliteit van leven.”
Ook met verwanten is het contact anders. “Als de familie iets wil meenemen en vraagt wat mag, is het echt denken in mogelijkheden en mét elkaar”, legt Marit uit. “Met de logopedist en de diëtist maken we een lijstje. De familie weet dan precies wat wel en niet kan, passend bij wat de cliënt echt lekker vindt. Dat is echt een wijziging van 'dit mag niet’ naar ‘dit kan wel’.”
Het doorvoeren van IDDSI heeft daar ontzettend bij geholpen. Dankzij deze internationale codering kan er veel beter uitgelegd worden wát er dan precies bedoeld wordt met een bepaalde consistentie. En hoewel het advies van de logopedisten bindend is, wordt er toch nog weleens afgeweken. Marit: "We gaan dan veel sneller in gesprek met elkaar, bijvoorbeeld via een moreel beraad. We kijken naar de risico's maar ook naar de alternatieven. Dat er zoveel meer gesprek is over dit onderwerp is echt winst. Ongeacht de uitkomst.” Wel geven Kirsten en Marit mee: leg het vast in een multidisciplinair overleg als er afgeweken wordt van een advies en blijf eerlijk naar elkaar als een collega het niet meer aandurft.
Nog genoeg ambities
Ambities zijn er nog genoeg: er zijn nog losse eindjes die vastgelegd moeten worden in protocollen en beleidsstukken. Daarnaast moeten cliënten periodiek gescreend worden zodat hun voedingsadvies zo nodig aangepast kan worden. Voor die jaarlijkse screening ligt een mooi concept klaar, nu nog de implementatie. Ook de terugkomstbijeenkomsten moeten worden ingepland. Het zijn taken om samen met de organisatie op te pakken, maar blijven -begrijpelijk door de drukte- liggen. Het is een frustratiepuntje voor de gedreven logopedisten, tegelijkertijd zijn ze trots op wat er staat. “Ik ben trots op de aandacht die het onderwerp gekregen heeft. Het is niet vanzelf gegaan. We zien nog steeds dat er af en toe incidenten gebeuren, maar we hebben het nu zo breed kunnen delen, dat je merkt: er gebeurt iets. Slikproblematiek is maar één van de belangrijke thema’s binnen Siza. Dat we in die hoeveelheid dit allemaal hebben kunnen bereiken, vind ik heel mooi”, besluit Marit.
Meer weten?
Ben je een collega van Siza of werk je bij een andere organisatie en wil je meer weten over de aanpak van de vakgroep of de inzet van de IDDSI codering? De logopedisten van Siza denken graag met je mee! Stuur een mail naar logopedie@siza.nl