“Hee Menno, je vergeet wat!” - Siza
Cookie instellingen

Onze website maakt gebruik van cookies voor een optimale gebruikerservaring. Wilt u de website bezoeken en cookies accepteren?
Lees ons privacy beleid.

Je browser is verouderd en geeft deze website niet correct weer. Download een moderne browser en ervaar het internet beter, sneller en veiliger!

Zoeken

“Hee Menno, je vergeet wat!”

Op 15-jarige leeftijd veranderde Menno’s leven van het ene op het andere moment. Hij was jong, fit en sportief. Altijd in beweging. Tot hij tijdens een zwemtraining een herseninfarct kreeg. Na tegen dezelfde problemen aan te zijn gelopen, kwam Menno (nu 26 jaar) bij Siza terecht. Samen met zijn behandelaar Irene vertelt hij over het traject dat hij doorliep en wat hem hielp de toekomst weer zonnig in te zien.

Een beetje overmoedig

Menno was een sportieve tiener. Tijdens een van zijn zwemtrainingen ging het fout. Iemand wees hem erop dat hij zijn oefening niet goed had gedaan. Hij keek achterom en realiseerde zich dat zijn arm het niet meer deed. Hij zwom naar de kant en probeerde het zwembad uit te klimmen, maar ver kwam hij niet. Door anderen werd hij uit het water gehaald.

In het ziekenhuis bleek dat hij niet meer kon praten, lezen of schrijven. Maar de rest ging hem nog aardig af. “Het ziekenhuis vroeg me een mailtje te versturen naar mijn vader, om te testen wat ik nog kon. Het lukte me. Twee woorden: ‘hoi pap’. Ik kon niet meer lezen of schrijven, dus hoe ik het heb gedaan weet ik niet. Ik denk puur op intuïtie en herinnering.” En dus mocht Menno naar huis.

Na een revalidatietraject van een half jaar, ging Menno terug naar school. Hij ging naar het speciaal onderwijs, kreeg logopedie en haalde zijn havodiploma. En toen was het tijd om te gaan studeren. “Ik was 19 jaar en dacht dat ik de hele wereld aankon. Misschien niet zo realistisch, en ook een beetje overmoedig. Ik heb geprobeerd mijn HBO-studie af te maken, maar na vijf jaar en een burn-out ben ik gestopt. Ik kreeg het niet meer voor elkaar”, vertelt Menno. “Ik kreeg het schoolwerk wel af, maar had geen sociaal leven, was thuis niet de gezelligste en was altijd overprikkeld en moe.” Menno kreeg een baantje bij PostNL, maar ook dat lukte niet. En dus vroeg hij een Wajong-uitkering aan.

Het Hersenz-programma

Toen hoorde Menno van het behandeltraject van Hersenz bij Siza. Een behandeling voor mensen met NAH in de chronische fase. Hij liep al jaren tegen dezelfde problemen aan en realiseerde zich dat hij toch echt hulp nodig had. “Als ik zou doorgaan zoals ik al die tijd had gedaan, had ik echt geen leven meer gehad.”

Irene Evenhuis (64) werkt al 10 jaar bij het Expertisecentrum NAH als cognitief behandelaar en was één van de behandelaars van Menno: “Mensen komen naar het Expertisecentrum voor de behandeling in de groep. Ik bezoek hen daarnaast ook thuis, om te kijken hoe het in de thuissituatie gaat. En om te praten met bijvoorbeeld de partner of ouders. Want hersenletsel heb je niet alleen.”

Het programma duurt gemiddeld een jaar. Het focust op het leren omgaan met de gevolgen van hersenletsel. Veel deelnemers hebben eerst revalidatie gehad. In drie modules van 14 weken komen alle facetten van hersenletsel aan bod. Van rouwverwerking, het leren omgaan met beperkte energie, tot het opnieuw vormgeven van je leven met hersenletsel. Het is een combinatie van cognitieve behandeling, fysiotherapie en psychomotorische therapie in groepsverband. En voor wie dat nodig heeft logopedie en zelfs traumabehandeling.

"Had ik dit maar eerder geweten..."

Irene legt uit: “We werken altijd met een doel: waar wil je aan werken en hoe zie je de toekomst?” Menno vult aan: “Voor mij was dat de lat lager kunnen leggen. Niet meer alles perfect willen kunnen of moeten, maar ook eens met een zesje genoegen nemen.” Dat betekende voor Menno de grens leren vinden tussen zichzelf uitdagen, maar niet overvragen. Een lastige balans.

De hechte behandelgroep hielp Menno hierbij: “Je leert van elkaar, en je wil elkaar helpen. Je hoort mensen praten, en kan dan met een helicopterview ook naar je eigen problemen kijken. Ik gaf iemand een tip en realiseerde me dan: ‘Waarom doe ik dit zélf ook niet?!’” Irene zag hoe Menno geleidelijk aan groeide: “Het was heel mooi om te zien hoe Menno zich ontwikkelde. Hij kwam zijn krachten tegen, niet alleen zijn beperkingen.”

Ze vertelt trots: “We kijken samen waar je tegenaan loopt, en hoe je die dingen anders zou kunnen doen. Zelf, maar ook met de omgeving. Je ziet dat de kwaliteit van leven hierdoor weer omhoog gaat. Het is echt een prachtig programma!” Ook voor Menno is dit het geval: “Er is zoveel veranderd ten opzichte van anderhalf jaar geleden. Ik heb weer een sociaal leven, en kan beter met mijn vermoeidheid omgaan. Het gaat echt de goede kant op!”

Irene: “We horen zo vaak: ‘Had ik dit maar eerder geweten…’”. Menno bevestigt dit: “Dát is waarom ik nu mijn verhaal wil delen, zodat anderen niet de fout maken die ik maakte. Loop er geen jaren mee rond, maar zoek hulp!”